Landwind Fashion

Landwind. Die naam zal bij veel mensen voor gefronste wenkbrauwen zorgen. Zijn we net gewend aan SsangYong en Dacia, krijgen we dit weer. Maar wen er alvast maar aan, want er zullen de komende jaren nog veel meer Chinese merken op onze wegen verschijnen. Uit welke richting waait de Landwind eigenlijk?

In Europa kreeg de Landwind flink tegenwind toen de Opel Frontera-kopie bij de ADAC-crashtest door de mand viel en het slechtste resultaat in dik twintig jaar neerzette. Dat is nu inmiddels een jaar geleden. Nu halen de Chinezen weer diep adem en proberen het opnieuw, deze keer met de Landwind Fashion. PR-manager Robert Pronk is niet bang dat het imago van zijn merk door het crashtest-debacle onherstelbare schade heeft opgelopen. "Ons merk heeft hierdoor veel publiciteit gekregen. Weliswaar negatieve, maar iedereen kent Landwind nu". Met de Fashion denkt Pronk het tij te kunnen keren. "Volgens simulaties bij het ontwerpbureau is naar voren gekomen dat de Fashion drie sterren moet kunnen halen bij de Euro NCAP-crashtest. Dat is in deze prijsklasse gewoon een keurig resultaat". En dan praten we over de lagere prijsklasse in het MPV-segment, want de Fashion zal zo'n € 17.000 - € 18.000 gaan kosten. Die prijs geldt dan voor de instapper met 1,6-liter motor en vijf zitplaatsen. Voor extra stoelen in de kofferbak moet worden bijbetaald.

Niet verkeerd

Voor een 4,5 meter lange MPV oogt hij best elegant. Geen wonder eigenlijk, want het design stamt van Idea in Italië. En dat zie je, het oogt allemaal fraai. Niet al te spannend, maar je omgeving ziet in ieder geval niet dat je op de centen zit. Maar wanneer we instappen, zien we dat alle waar uiteindelijk toch naar zijn geld is: het plastic van een bak bami is hoogwaardiger dan het knetterharde goedje waarvan het Fashion-dashboard gegoten is. Bovendien zie je overal slecht afgewerkte metaalranden, plus enorme en ongelijkmatige naden. Bijzonder pijnlijk is het sterk glimmende 'hout' op de middenconsole. Op dit vlak moeten de Chinezen duidelijk nog een hoop leren. Want voor dit geld mag je best wel wat verwachten. Voor E 17.000 kun je immers ook een MPV van een Koreaans merk kopen, en die zijn toch beter afgewerkt.

Maar laten we de Fashion eens objectief bekijken. En dat begint positief. De deuren hebben weliswaar niet zo'n grote openingshoek, maar bieden toegang tot een comfortabel onderkomen. De met fluweelachtige stof beklede stoelen zitten uitstekend. Ze zijn gemonteerd op een robuust ogend frame dat eerder in een terreinwagen lijkt thuis te horen. Maar de bestuurdersstoel is van alle gemakken voorzien: een hendel voor de hoogteverstelling en een draaiknop voor de verstelbare lendensteun maken het mogelijk een goede zitpositie te vinden. Ook het stuur is zowel in hoogte als in lengte te verstellen. Het dashboard is dan weliswaar niet wat je noemt een lust voor het oog, het zit in ergonomisch opzicht prima in elkaar.

Prima toeren

Goed, tijd om te kijken of die Fashion nog een beetje lekker rijdt. We draaien de sleutel om, en de naald van de toerenteller komt direct in beweging. De 105 paarden van de 1,6-liter benzinemotor krijgen de relatief zware MPV aardig vlot op gang. Niks mis mee. En dan de tweede verrassing: op de onprecieze versnellingsbak na is het prima toeren met de Landwind. Jammer dat de verzetten van die bak zich zo lastig laten inleggen. Van de Duitse transmissiespecialist Getrag, die de bak van de Fashion leverde, hadden we beter verwacht. Wel is het prettig dat de pook zo hoog op het dashboard is geplaatst.

De gemiddelde passagier zal niet doorhebben dat hij in een auto van Chinese komaf zit. De Fashion klinkt als miljoenen andere MPV's op deze wereld. En rijdt ook zo. De besturing biedt een goed wegcontact, en het onderstel is plezierig straf afgesteld. Deinen of extreem overhellen is de Fashion volkomen vreemd. Verbluffend. Er is qua rijden bijzonder weinig op deze Landwind aan te merken. Waar de Koreanen er jaren over hebben gedaan om een enigszins acceptabel rijdende auto te bouwen, lijken de Chinezen de slag direct al te pakken te hebben. Nu moeten ze alleen nog leren hoe ze alles een beetje netjes in elkaar zetten. De afwerking van de Fashion is namelijk bepaald niet om over naar huis te schrijven. De naden in het interieur zijn enorm en ongelijkmatig, op de achterste stoelframes treffen we nú al vlugroest aan, en de deels loslatende klepjes van de opbergvakken geven evenmin het gevoel dat deze auto degelijk in elkaar zit.

Kunst van het kopiëren

Het systeem waarmee je de achterstoelen kunt wegklappen is namelijk afgekeken van de Opel Zafira. Beter goed gejat dat slecht bedacht, nietwaar? Dat hadden ze bij het gordelsysteem van de Opel ook wel mogen doen, want de middelste passagier moet het nu op de achterbank met een simpel heupgordeltje stellen. En daarmee voldoet de Landwind nog niet aan de wettelijke eisen, die voorschrijven dat elke inzittende een volwaardige driepuntsgordel moet hebben. Daarmee komen we op een gevoelig punt aan bij Landwind: de crashveiligheid. Inzittenden van een Fashion moeten zich tevreden stellen met slechts twee airbags, in het stuur en het dashboard. Zij- en hoofdairbags schitteren door afwezigheid. De reminstallatie van de Landwind is echter wel weer uitgebreid. ABS is uiteraard aanwezig, net als de elektronische remkrachtverdeling EBD. Bovendien gaan achter de wielen (15 inch) zowel voor als achter schijfremmen schuil, waarbij de exemplaren aan de vooras zelfs van binnenuit geventileerd zijn. Keurig, want we komen in deze klasse ook nog wel eens trommelremmen achter tegen. Daar hebben de Chinezen dus niet op beknibbeld. Of de Fashion daarmee daadwerkelijk tot goede remprestaties komt, zal een eerste test moeten gaan uitwijzen.

Begin volgend jaar moet de Europese typegoedkeuring rond zijn en zal hij alle crashtests achter de rug hebben. De Landwind zal dan vanaf april volgend jaar in de showroom staan. Tegen die tijd zullen er in ons land 35 dealers zijn. Als het merk de prijs van de Fashion werkelijk rond de € 17.000 weet te houden, zien we best kansen voor de Chinese MPV. Deze auto is een beetje opgezet volgens de principes van het buffet bij de Chinees: veel voor weinig. En dat je dan geen 'auto cuisine' krijgt, is te accepteren. In een tijd waarin alleen de belastingen en de topsalarissen stijgen zou Landwind wel eens het merk van de kleine man kunnen worden.